Donderdag en vrijdag waren twee dagen Addis. Waar zouden we zijn
we zonder Aniek die altijd even enthousiast de honneurs waarneemt..!
Donderdagmorgen gingen we op zoek naar het kantoor van Ethiopian Impressions
Tours waar we onze auto gehuurd hebben om deze te voorzien van een kleine
onderhoudsbeurt. Ondanks een duidelijke sms met de routebeschrijving konden we
het niet vinden. Op een gegeven moment stonden we ergens aan het eind van een
straat stil, gebogen over de kaart van Addis en klaar om de auto te keren.
Klopt er een politieagent op het raam. “Je hebt je riem niet om en je blokkeert
de weg.” Wij uitleggen dat we het kantoor niet kunnen vinden en dat we aan het
zoeken zijn. Of hij ons helpen kan. “Nee, je hebt je riem niet om en blokkeert
de weg. Waar is je rijbewijs.” “Ok, I have one, I can show you.” “Give it to me!”
Nu is er één ding dat je niet moet geven aan een agent en dat is je rijbewijs.
Die pikt hij in, hij schrijft een boete uit, die moet je gaan betalen bij een
office somewhere en daarna ga je die agent ergens op straat zoeken voor je
rijbewijs. En dan kan hij hem maar zo verloren hebben als het een sloddervos
is. En waarom zou hij hem afpakken? We stonden stil omdat we keren wilden,
stonden bovendien niemand in de weg en een riem moet je alleen om als je rijd
(ook zoiets: de bestuurder moet een riem om, de bijrijder en de rest niet..).
Dus wat doen we fout? Maar geen gemaar, híér dat ding! Restte Geerten niks
anders dan z’n rijbewijs te geven. En nu naar de police station. Stap dan maar
in, want wij weten niet waar dat is. Dus onze vriend met z’n collega komen
gezellig achterin zitten. Hij spreekt Engels, de ander niet. Maar die schijnt
wel vriendelijk te zijn en vraagt naar de kaart om op te zoeken waar we heen moeten.
De Rwanda Road. Rwanda Embassy? No, the Rwanda Road. Maar hoe hij ook zoekt,
hij kan geen Rwanda Road vinden. Tja, wij ook niet… Om een lang verhaal
kort(er) te maken: na wat heen en weer rijden en intussen al praten wat
vrienden proberen te worden, zit de auto in een gat aan de grond. Tja, wat wil
je: een kleine Toyata Yaris en dan vier man (sorry, drie man en een vrouw)
erin, dat is te zwaar. Of het de heren belieft uit te stappen. Dat gebeurd.
Maar we moeten niet wegrijden, want dan hebben we het rijbewijs nog niet terug.
Hebben de heren al koffie gedronken? Nee. Nou kom op dan, hier is een
restaurantje. Zin in koffie? Jawel. Daar zitten we dan, gezellig koffie te
drinken met twee agenten. Blijkt onze Engelssprekende vriend uit Debre Zeit te
komen. Wat leuk joh, daar wonen wij ook. How is your family? Daar gaat het goed
mee, hij komt ons wel een keer opzoeken. Ok, gezellig, gaan we weer
koffiedrinken ;-) Intussen vragen we eens tussen neus en lippen door: waar is
het rijbewijs eigenlijk? Rijbewijs? O, die ben ik kwijt.. (met een grijns)!
Haha, grapje. Het zit gewoon in je borstzakje. Oja, das waar. Hij haalt het
tevoorschijn. Hé, je moet het wel plastificeren, zo kreukt hij zo gemakkelijk.
Ok, waar doe ik dat? O, wacht even, dat kan mijn collega wel even doen, ik weet
wel een shopje. En daar gaan onze niet-Engelssprekende vriend het rijbewijs
plastificeren. Als hij terugkomt is zijn koffie koud, maar no problem, you will
get a new one. Mag ik eens even kijken hoe mooi hij is geworden? Jawel, hier.
En ik bewonder het rijbewijs. Daarna geef ik hem aan Geerten en die stopt hem
achteloos in z’n map. Ook weer terug! Nou jongens, het heeft gesmaakt, we gaan
maar weer eens. Ajuus! Ach tja, je bent dan een uurtje later, maar koffie
drinken wilden we toch doen en we hebben een geplastificeerd rijbewijs op de
koop toe!
|
Our friends ;-) |
Vrijdagmorgen mochten we op bezoek bij de minister van
Livestock. Hij is nog maar een paar maanden in dienst omdat er onder het
Ministerie van Landbouw nu een apart departement voor veehouderij is opgericht.
Een heuse praktijkman met hart voor veeteelt. Twee heren van de ambassade
hadden een afspraak met hen en nodigden ons uit om kennis met hem te maken en
ons bedrijf te promoten. Wie weet wat hij voor ons betekenen kan! Na wat
African time kwam hij aan op zijn kantoor en konden we kennismaken. Een nog
jonge vriendelijke kerel die na wat officiele agendapunten onder zijn neus te
hebben gekregen echte interesse toonde in ons plan. We moesten zeker contact
opnemen met het Research Center van het Ministerie om te kijken welke graszaden
en –rassen hier in Ethiopie al getest zijn. En over onze locatie rondom
Asela/Bekotji was hij ook zeer te spreken omdat dat bij uitstek een
veehouderijgebied is. We brachten de nadelen van die plek onder zijn aandacht:
er is nog geen infrastructuur en stroom. Maar geen probleem: hij zou die dag of
anders de dag daarna wel eens bellen met de regio daar om te vragen of er iets
aan de infrastructuur gedaan kan worden. En mocht dat een probleem zijn dan zou
hij ook wel een aanbevelingsbrief willen schrijven. Hij zal ons informeren via
de mail. Eens zien of daar wat van komt…!
Vrijdagmiddag was er een meeting van de Nederlandse
Ondernemers in Ethiopie. Leuk om zo’n 25 verschillende mensen te ontmoeten die
allemaal hun eigen business hebben somewhere in Ethiopia. Er waren
verschillende presentaties, de nieuwe vrouwelijke ambassadeur stelde zich voor,
de bijna online komende website met voor ons super handige informatie (wie,
wat, waar in zakelijk Ethiopie) werd geintroduceerd en er was ruimte voor het
delen van belevenissen. Heerlijk, dat gemopper over de samenwerking (of beter
gezegd: het ontbreken daarvan) met de bank, de diverse agentschappen en
departementen. Ach tja, zo zie je maar weer dat iedereen behoefte heeft aan het
luchten van zijn/haar hart… Waarschijnlijk doen we over een paar jaar hard mee!
|
Drukte onderweg |
|
Overstekend wild
|