Afgelopen week stond in het teken van inpakken. Gelukkig
hadden we geen bergruimte en veel rommel hebben we hier nog niet kunnen
verzamelen. Het inpakken viel dus allemaal wel mee. Kasten leeg, stofzuigen,
poetsdoek er door heen en dat was het wel zo ongeveer. Donderdag- en
vrijdagavond mochten we heel lief bij Karel & Oxana en Mark & Janneke
komen eten. Zaterdagmorgen stonden een bus en aanhanger klaar en die werden met
behulp van Everhard en William volgepakt. In 2 uurtjes stonden de picknicktafels,
stapelbedden, matrassen, wasmachine, oven en kleinere spullen erin en om 10 uur
vertrokken we richting Addis.
We hebben een geschikt huis gevonden in Noord
West Addis, wijk Burayo (wie op de kaart wil zoeken). Een beetje een
achterstandswijk, maar het huis van zo’n stuk of 15 de beste. Mooi van binnen
en wat ruimte buiten. Kunnen de kids toch buiten spelen en de honden ook ;-).
Alle spullen werden daar weer uitgeladen en naar binnen gebracht. De broers van
de eigenaresse van het huis (die zelf in Engeland woont) waren notabene de
muren van de servicerooms nog aan het sausen.. Tja, het moet natuurlijk wel
netjes als er huurders komen! De gordijnen bleven gewoon hangen, vastgeknoopt
in het midden zodat ze waarschijnlijk niet vies werden.. de bovenste halve
meter was ook te hoog om zonder trap bij te kunnen, dus daar bleven de
spinnenwebben ook zitten en kwam geen verf… schoonmaken is hier iets te veel
moeite, je saust gewoon de muur weer even.
Aan het einde van de middag stonden de meeste spullen op hun
plek. De stapelbedden pasten ook nu niet door de deur! In Anieks kamer wel, in
Gideon z’n geplande kamer niet.. dan maar het kamertje ernaast, de voormalige
keuken, daar was iets meer ruimte. Evalynn en Sem slapen dus maar op een matras
op de grond zoland de bedden niet doorgeslepen zijn…
Het is een fijn schoon en net huis. Mooier dan het vorige. Wel
een stuk kleiner qua inhoud, maar daardoor veel gezelliger. Aan de rechterkant
van de gang zit de woonkamer. Aan de linkerkant van de gang is de slaapkamer
van Eef en Sem met badkamer. Geerten heeft daar net de wasmachine
geinstalleerd. Daarnaast zit nog een badkamer (daar hebben ze hier een beetje
een tik van, liefst bij elke kamer een badkamer..) en daarnaast onze
slaapkamer. Aan het einde van de gang zit de keuken. Als je de keukendeur
uitstapt, stap je in een gangetje waar je naar de service rooms kunt. Dat zijn
vier kamertjes naast elkaar. Aniek heeft een slaapkamer en school aan elkaar
met een deur ertussen. Daarnaast zit kantoor (waar ik nu zit te typen),
daarnaast slaapt Gideon, daarnaast is nog een badkamer. Buitenom het huis is
het betegeld en vooraan zit een veranda. En gelukkig hebben we een stukje gras
met wat bloembakken. Anders zaten we wel erg tegen de muren aan te kijken… 100
m verderop staat de moskee. Gelukkig blazen ze niet zo hoog van de toren ;-)
het gaat een stuk zachter dan in Debre Zeit. Daar stond ie 500 m bij ons
vandaan, maar veel beter te horen. Ach, zolang het de Orthodoxe Kerk niet is
die uren achtereen zingt… dan kun je beter de moskee hebben, uiterlijk 3x 5
minuutjes per dag oproepen tot gebed. Om 5 uur ‘s morgens, half 1 en half 7. Verder
een rustige buurt, cobblestones op de weg, veel voetgangers, wat winkeltjes en
veel bekijks… mensen blijven echt stilstaan en achterom kijken als ze ons zien.
Weer even wennen!
Gisteren gingen we voor het eerst op zondag naar een dienst
van de International Evangelical Church. Bij Kerst, Pasen en International
Sunday waren we er ook wel geweest, maar nog geen ‘gewone’ zondagse dienst. Eerst
25 minuten zingen, daarna mogen de kinderen naar Sunday School en volgt de
preek van een half uur. Daarna nog samen zingen en is de dienst afgelopen.
Gideon wilde graag naar de zondagschool. Geerten “hoefde niet mee hoor, om hem
weg te brengen. Ze praten wel allemaal Engels, maar dat kan ik wel een beetje.”
Evalynn en Sem wilden ook wel, maar vonden het erg spannend. In Debre Zeit is
er natuurlijk ook zondagsschool bij de Fellowship, maar daar praten de kinderen
nog Nederlands. Hier kan niemand dat… ik ben er dus maar bij blijven zitten.
Bijbelverhaal over Zacheus, liedjes zingen (‘Father Abraham’, ha, die kenden
ze!) en daarna kleuren. Ik dacht dat ik toen wel kon gaan. Maar toen ik 10
minuten in de kerk zat, kwam Sem aangelopen… hij mocht weg van de juf, zei hij.
Je ging huilen zeker? Ja! En Eef dan? Die is nog op zondagsschool…. Na de
dienst haar ophalen: helemaal in tranen. Sem was opeens weg! Ach, gauw nog een
koekje voor de troost. Achteraf vonden ze het toch wel leuk, maar zo’n eerste
keer is natuurlijk ook spannend! Volgende keer ga ik gewoon weer een poosje
mee, langzaam afbouwen, komt vast goed!
Everhard en William ware nook naar de IEC gekomen. Ja, die
jongens kunnen echt niet zonder ons ;-) Na de kerk samen thuis koffiedrinken.
Ook Hendrik Jan ging mee. ‘s Middags wilden we wel ergens gaan koffiedrinken
buiten. Je voelt je toch een beetje opgesloten op zo’n dichte compound… vlakbij
is een water treatment project, een soort Stroombroek voor de Doetinchemmers,
prachtige water en mooi groen. Maar overal staan wachten die je beletten om bij
het water te komen. Helaas. En terwijl we staan te overleggen van een van die
wachten of we echt niet gewoon even mogen zitten en picknicken, steekt Sem de
straat over. We stonden aan de kant van de weg. Geen drukke weg, maar toch af
en toe verkeer. Op het moment dat Sem naar de overkant rent, komt er een bajaj
aan (zo’n blauwe tuktuk, een omgebouwde brommer..). Everhard ziet Sem langs komen
rennen, ziet de bajaj aankomen en denkt: “Dat gaat nooit goed!” Iedereen gilt: “Sem!!”
Hij vliegt achter Sem aan, gooit de kwarktaart die hij vasthad van zich af en
krijgt Sem nog net iets te pakken aan z’n blousje. Maar het voorkomt niet dat
Sem toch met een klap tegen de zijkant van de nog rijdende bajaj knalt. Hij
word naar de zijkant gegooid en klapt op straat. Wij staan als aan de grond
genagelt te kijken. Gelukkig begint hij gelijk te huilen. Everhard tilt hem op
en brengt hem naar mij. Hij heeft een zere voet, z’n neus bloed en er zit ook
wat bloed in z’n mond. En een schaaf op z’n duim. Die kan hij zien, dus dat
vind hij het ergst. Maar hij reageert op wat we vragen, hij blijft bij kennis
ondanks de klap tegen z’n hoofd en doet eigenlijk helemaal niet vreemd. Hij kan
z’n armen en benen bewegen en zegt verder geen pijn te hebben. Godzijdank! In mum
van tijd staan er 20 mensen om ons heen. De bajajchauffeur is ook vreselijk
geschrokken. Maar Sem lijkt ondanks het huilen niks te mankeren en we stappen
weer in de auto. Onderweg valt hij in slaap… van de spanning en de schrik. En waarschijnlijk
ook de klap… Thuis maken we hem later op de avond wakker om te kijken hoe hij
doet. Maar hij eet met smaak een stukje van de van straat geredde aardbeikwarktaart…
Wat zijn we dankbaar dat er niks ergs blijkt te zijn. Je beseft wel gelijk weer
dat je kinderen geleende panden zijn, die je ook gewoon terug zou moeten kunnen
geven…